Baantjer dl 46 - De Cock en de geur van rottend hout
Op een regenachtige morgen meldt een vrouw van achter in de dertig zich aan het Bureau Warmoesstraat.
Zij vertelt aan rechercheur De Cock dat haar man, de directeur van een im- en exportbedrijf, is verdwenen.
Meer nog dan deze kwestie, maakt de vrouw indruk op de oude rechercheur en diens assistent Vledder, vanwege de erotische geur van haar parfum.
Bedwelmd of niet, de rechercheurs raken al snel betrokken bij de harde realiteit van de misdaad.
In een verlaten loods aan de Rigakade wordt een man aangetroffen, die gedood is met een nekschot.
De uitspraak van Vledder: 'Nu zitten we weer tot onze nekharen in de ellende', wordt alras bewaarheid als de kring van verdachten zich met de dag begint uit te breiden.
Fontein Baarn - 1996 - 137 pag - ( 191 gram )
In goede staat.
Om contact met de adverteerder op te kunnen nemen, dient u ingelogd te zijn. Maak hieronder een account aan of log in.
Baantjer dl 50 - De Cock en de onsterfelijke doodOp een avond meldt zich aan het politiebureau in de Warmoesstraat een man van middelbare leeftijd bij rechercheur De Cock. Hij loopt mank vanwege de gevolgen van een verkeersongeluk. ...
Baantjer dl 61 - De Cock en de gebrandmerkte dodenDe Cock verzucht tegen zijn collega Vledder dat hij minstens een half jaar verlost zou willen zijn van moord en doodslag. Hun overpeinzingen over de misdaad worden ruw verstoord door ...
De Dood als laatste Minnaar - UMC - Henry Kane'Als een vis op het droge' - zo voelt Peter Chambers zich bij het begin van dit verhaal. 'Als een gerookte zalm' - zoals hij het zelf uitdrukt. Hoe dan ook, Peter Chambers, ...